MUSIC PRODUCTION STUDIO
SEQTRAK Gebruikershandleiding
Informatie
• De SEQTRAK-functies die in deze gebruikershandleiding worden beschreven, zijn bedoeld voor OS V1.10. Werk uw SEQTRAK bij naar de nieuwste firmwareversie. Zie " 16. Firmware-updates" voor instructies over updaten.
• Alle illustraties en schermafbeeldingen (schermafbeeldingen van de iOS-app) in deze gebruikershandleiding zijn ter verduidelijking bedoeld. De werkelijke specificaties kunnen afwijken.
Handelsmerken
• Windows is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft® Corporation in de Verenigde Staten en andere landen.
• Apple, iPhone, iPad, iPadOS, Lightning, Mac en App Store zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen.
• iOS is een handelsmerk of geregistreerd handelsmerk van Cisco in de V.S. en andere landen en wordt onder licentie gebruikt.
• Android en Google Play zijn handelsmerken van Google LLC.
• Wi-Fi en Wi-Fi CERTIFIED zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Wi-Fi Alliance®.
• Het Wi-Fi CERTIFIED™-logo is een certificeringsmerk van Wi-Fi Alliance®.
• Het woordmerk en de logo's van Bluetooth® zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. en het gebruik van dergelijke merken door Yamaha Corporation vindt plaats onder licentie.
• 'USB Type-C' en 'USB-C' zijn handelsmerken van USB Implementers Forum, geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen.
• MIDI is een geregistreerd handelsmerk van de Association of Musical Electronics Industry (AMEI).
• Alle andere namen van bedrijven en producten die in deze gids worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
Inhoudsopgave
1. Wat is SEQTRAK?. 9
1.1 Over de handleidingen. 9
1.1.1 Notatie. 9
1.2 SEQTRAK-configuratie. 11
1.2.1 Drumsectie. 11
1.2.2 Synth-sectie. 12
1.2.3 Sound Design en FX-sectie. 12
1.3 Projecten, tracks en patronen. 12
1.3.1 Projecten. 12
1.3.2 Tracks. 12
1.3.3 Patronen. 13
1.3.4 Conceptueel diagram van projecten, tracks en patronen. 13
1.4 Over de SEQTRAK-app. 13
1.4.1 De SEQTRAK-app verkrijgen. 13
1.4.2 Verbinding maken met de SEQTRAK-app. 13
2. Paneelsecties en hoofdfuncties. 14
a – f Linkerkant 14
g – p Linksboven (Drumsectie, Synth-sectie). 15
q – A Rechtsboven (Sound Design en FX-sectie). 16
B – H Rechterkant 18
3. Opladen en voeding. 20
3.1 Opladen. 20
Vereisten voor USB-netadapter/mobiele USB-accu. 21
3.1.1 Laadstatus (wanneer de stroom is ingeschakeld). 21
3.1.2 Laadstatus (wanneer de stroom is uitgeschakeld). 22
3.2 Stroomvoorziening. 23
3.2.1 Het apparaat aan-/uitzetten. 23
3.2.2 Gedwongen beëindiging. 23
3.2.3 Instelling van de automatische uitschakelfunctie. 23
4. Projecten. 24
4.1 Schakelen tussen projecten. 24
4.2 Een project opslaan. 24
4.3 Een back-up maken van een project en deze herstellen. 24
4.4 Een project verwijderen. 25
4.5 Het tempo van een project instellen. 25
4.5.1 Het afspeeltempo van een project wijzigen. 25
4.5.2 Een swinggevoel toepassen op een project 26
4.5.3 De metronoom in-/uitschakelen. 26
4.6 Een project tijdelijk opslaan [OS V1.10] 27
5. Tracks en patronen. 28
5.1 Patronen wisselen. 28
5.1.1 Een Track-knop gebruiken om van patroon te wisselen. 28
5.1.2 Een drumtoets gebruiken om van patroon te wisselen. 28
5.1.3 Launch Quantize wijzigen. 29
5.2 De lengte van een patroon wijzigen. 30
5.2.1 Drumtracks. 30
5.2.2 Synth-tracks (SYNTH 1, SYNTH 2, DX), SAMPLER-track. 30
5.3 Het aantal patronen wijzigen (3 patronen ⇔ 6 patronen). 31
5.4 Een patroon verwijderen. 32
5.5 Patronen kopiëren en plakken [OS V1.10] 33
5.6 Tracks selecteren en beluisteren. 33
5.7 Het geluid van een track wijzigen. 34
5.7.1 Een geluidscategorie selecteren (categoriesprong). 34
5.7.2 Geluidscategorieën van de drumtrack. 35
5.7.3 Geluidscategorieën van de Synth-track (SYNTH 1, SYNTH 2 en DX). 35
5.7.4 Geluidscategorieën van de SAMPLER-track. 35
5.8 Een track dempen en op solo zetten. 35
5.8.1 Dempen. 35
5.8.2 Solo. 36
5.9 Trackstappen kopiëren en plakken [OS V1.10] 37
6. Drumtracks. 38
6.1 Stappen invoeren. 38
6.2 Schakelen tussen pagina's. 38
6.3 De ritmische timing van een stap nauwkeurig afstemmen (Micro Timing). 39
6.4 Het opeenvolgende aantal keren instellen dat een stap wordt geactiveerd (substap). 39
6.5 Realtime invoer 40
6.6 De waarschijnlijkheid van het activeren van een stap wijzigen [OS V1.10] 41
7. Synth-tracks (SYNTH 1, SYNTH 2, DX) 42
7.1 Realtime invoer 42
7.2 Quantiseren aan/uitzetten. 43
7.3 Het octaaf wijzigen. 43
7.4 De toonladder wijzigen. 44
7.5 De toonsoort wijzigen. 44
7.6 Akkoorden spelen. 45
7.7 Akkoorden bewerken. 46
7.8 Overschakelen naar toetsenbordinvoermodus. 47
7.9 Stappen invoeren [OS V1.10] 48
8. SAMPLER-track. 50
8.1 Realtime invoer 50
8.2 Sampling (ingebouwde microfoon/AUDIO IN en USB-audio-ingang). 50
8.3 De samplingbron wijzigen. 51
8.4 Resampling. 51
8.5 Sampling annuleren. 51
8.6 De aftelling instellen om met samplen te beginnen. 52
8.7 Overschakelen naar de monitoringmodus. 52
8.8 Automatisch normaliseren in-/uitschakelen. 52
8.9 Patronen voor elke sample verwijderen [OS V1.10] 53
8.10 Stappen invoeren [OS V1.10] 53
9. Sound Design. 55
9.1 Geluidsparameters aanpassen. 55
9.1.1 Schakelen tussen de bedieningspagina's voor geluidsparameters. 56
9.1.2 Items voor aanpassing van drumtrackgeluidparameters. 56
9.1.3 Geluidsparameteraanpassingsitems voor Synth-track (SYNTH 1 en SYNTH 2). 57
9.1.4 Items voor aanpassing van de Synth-track (DX)-geluidsparameters. 58
9.1.5 Items voor aanpassing van de geluidsparameters van de SAMPLER-track. 59
9.2 Geluids- en effectparameters voor elke stap instellen (Parameter Lock). 60
9.2.1 Een parameter lock verwijderen. 61
9.3 De beweging van geluids- en effectparameters in stappen opnemen (Motion Recording). 63
9.3.1 Een beweging verwijderen. 63
9.4 Geluids- en effectparameters ongedaan maken/opnieuw uitvoeren. 64
9.5 Een geluid opslaan. 64
9.6 Een geluid verwijderen. 64
9.7 Een geluid importeren. 65
10. Effecten. 66
10.1 Configuratie van effecten. 66
10.1.1 Trackeffecten. 66
10.1.2 Effecten verzenden. 67
10.1.3 Mastereffecten. 68
10.2 Effecten wijzigen en aanpassen. 69
10.2.1 Omschakelen van het te besturen effect 69
10.2.2 Het type effect wijzigen. 69
10.2.3 Effectparameters aanpassen. 69
10.2.4 Effectparameters als MASTER is geselecteerd. 70
10.2.5 Effectparameters als SINGLE is geselecteerd. 70
10.2.6 Voorbeeld: Parameters als MASTER is geselecteerd en voorinstelling nr. 1 [LPF - NO RESONANCE] van FILTER is geselecteerd. 70
10.3 Het niveau van effectparameters minimaliseren (CLEAR FX). 70
11. Mixer-modus. 71
11.1 Overschakelen naar de Mixer-modus. 71
11.2 Geluidsparameters aanpassen. 71
11.3 Zendeffecten wijzigen en aanpassen (REVERB, DELAY). 72
11.3.1 Het type zendeffect wijzigen (REVERB, DELAY SEND). 72
11.3.2 Zendeffectparameters (REVERB, DELAY) aanpassen. 72
11.3.3 Parameters voor zendeffecten (REVERB, DELAY). 73
11.3.4 Voorbeeld: Zendeffectparameters voor voorinstelling nr. 1 [HD Room] in REVERB.. 73
12. De modus Song. 74
12.1 Overschakelen naar de songmodus. 74
12.1.1 Overschakelen naar scènemodus [OS V1.10] 74
12.2 Een scène afspelen/stoppen. 75
12.2.1 De af te spelen scène wijzigen. 75
12.2.2 Een scène herhalen (Loop afspelen). 76
12.2.3 Een hele song herhalen (Loop afspelen). 76
12.3 Scènes toevoegen. 77
12.4 Een scène verwijderen. 78
12.5 Een scène bewerken. 78
12.5.1 De combinatie van patronen in een scène wijzigen. 78
12.5.2 De lengte van een scène wijzigen. 79
13. SEQTRAK-app. 80
13.1 GUI-functies [GUI EDITOR] 80
13.2 Contentbeheerfunctie [PROJECT/SOUND MANAGER] 81
13.3 Visualizer-functie [VISUALIZER] 82
13.4 Dynamische zelfstudiefunctie [DYNAMIC TUTORIAL] 83
14. Aansluitingen. 84
14.1 Verbinding maken met de SEQTRAK-app. 84
14.1.1 Bekabelde verbinding. 84
14.1.2 Draadloze verbinding (Bluetooth). 85
14.1.3 Draadloze verbinding (wifi). 85
14.2 Aansluiten op MIDI-apparaten. 86
14.2.1 Een USB-C naar USB-C-kabel gebruiken. 86
14.2.2 Een MIDI-conversiekabel gebruiken. 87
14.3 Aansluiten op een computer 87
14.3.1 Aansluiten op een computer (Windows). 87
14.3.2 Aansluiten op een computer (Mac). 87
15. Instellingen. 88
15.1 De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset). 88
15.2 De gevoeligheidsinstellingen van de Track-knoppen wijzigen. 88
15.3 MIDI-instellingen configureren. 88
15.3.1 De MIDI-klok instellen. 88
15.3.2 MIDI-uitvoerfilters instellen. 88
16. Firmware-updates. 89
16.1 Een USB-flashstation gebruiken. 89
16.1.1 Een USB-flashstation formatteren. 90
16.1.2 De firmware bijwerken. 90
16.2 De SEQTRAK-app gebruiken (voor een bekabelde verbinding). 91
16.3 De SEQTRAK-app gebruiken (voor een draadloze verbinding). 91
17. Documentatie. 92
17.1 productspecificaties. 92
17.2 MIDI-kanalen. 93
17.3 Wijzigingsparameters voor MIDI-besturing. 94
17.3.1 Sound Design-parameters. 94
17.3.2 Effectparameters. 95
17.3.3 Dempen/Solo. 95
17.3.4 Overige. 96
17.4 MASTER EFFECT-voorinstellingen. 96
17.4.1 FILTER.. 96
17.4.2 REVERB.. 96
17.4.3 DELAY.. 97
17.4.4 COMPRESSOR.. 97
17.4.5 DISTORTION.. 97
17.4.6 MODULATION.. 98
17.4.7 DUCKER.. 98
17.4.8 OTHER.. 98
17.5 SINGLE EFFECT-voorinstellingen. 99
17.5.1 FILTER.. 99
17.5.2 REVERB.. 99
17.5.3 DELAY.. 99
17.5.4 COMPRESSOR.. 100
17.5.5 DISTORTION.. 100
17.5.6 MODULATION.. 100
17.5.7 DUCKER.. 100
17.5.8 OTHER.. 101
17.6 ZENDEFFECT-voorinstellingen. 101
17.6.1 REVERB.. 101
17.6.2 DELAY.. 101
17.7 Beschrijving van geluidsparameters. 102
17.8 Open source-software. 103