om02screenparameters0250

Op het scherm Rhythm Pattern kunt u naar ritmepatronen zoeken en deze selecteren.

De functie Rhythm Pattern biedt een snelle manier om een ritmepartij aan de huidige performance toe te voegen. Door ritmepatronen te combineren met envelopvolgeffecten kunt u het geluid verder veranderen.

Gebruik
  • [SHIFT] + [SONG/PATTERN]
Arp (Arpeggio)
Envelope Follower

Selecteert Arpeggio-weergave of Envelope Follower-weergave.

Bank/Favorite (Bank/Favorite Select)

Filtert op bank of favorieten.
Wanneer Favorite is geselecteerd, verschijnen alleen ritmepatronen die als favoriet zijn gemarkeerd in de lijst. Instellingen: All, Favorite, Preset, User, Library-naam (wanneer een bibliotheekbestand is geladen)

Name Search

Hiermee kunt u bepaalde tekens in de naam invoeren, zodat u gemakkelijk kunt zoeken.
Als u op de naam tikt, wordt het schermtoetsenbord opgeroepen, zodat u tot 20 alfanumerieke tekens kunt invoeren.

Sort

Hiermee bepaalt u de sorteervolgorde van de lijst met ritmepatronen. Instellingen: Default, Name, Date
Name: sorteert op naam. De pijl-omlaag geeft aan dat de lijst is gesorteerd in oplopende volgorde (A tot Z). De pijl-omhoog geeft aan dat de lijst in aflopende volgorde is gesorteerd.
Date: sorteert op de datum waarop de instelling is opgeslagen. De pijl-omlaag geeft aan dat de lijst in aflopende volgorde is gesorteerd (nieuw tot oud). De pijl-omhoog geeft aan dat de lijst in oplopende volgorde is gesorteerd.

Mute Org (Original Part Mute)

Als dit is uitgeschakeld, wordt de partij die op het scherm wordt weergegeven gedempt voordat u het scherm Rhythm Pattern hebt geopend. Instellingen: Off, On

Mute Add (Additional Part Mute)

Als dit is uitgeschakeld, worden de partijen gedempt die zijn toegevoegd op het scherm Rhythm Pattern. Instellingen: Off, On

List

Toont de ritmepatroonlijst.

Cancel

Annuleert de bewerking.

Als Arp aan staat

Veelgebruikte parameters voor arpeggio-instellingen worden aan de linkerkant van het scherm weergegeven.

Tempo

Hiermee stelt u het tempo in. Instellingen: 5-300

Volume

Stelt het volume van het ritmepatroon in. Instellingen: 0-127

Category (Arpeggio Main Category)
Sub Category (Arpeggio Sub Category)
Name

Toont de momenteel geselecteerde arpeggiocategorie, subcategorie en naam.
Door op de naam te tikken, ziet u het contextmenu voor Arpeggio Category Search en kunt u cijfers invoeren. Instellingen: Raadpleeg de Data List.

Arp Select (Arpeggio Select)

Wijzigt de arpeggioselectie. Instellingen: 1-8

Als Envelope Follower aan staat

Veelgebruikte parameters voor de Envelope Follower worden aan de linkerkant van het scherm weergegeven.
Hierdoor kunt u snel parameters bewerken die vaak voor ritmepatronen worden gebruikt.
Als u andere parameters wilt wijzigen, gebruikt u Edit om het scherm Envelope Follower Edit te openen.

Quick Assign

Schakelt Envelope Follower in. Instellingen: Off, On

Gain (Envelope Follower Gain)

Stelt de ingangsversterking voor de ingangsbron in. Instellingen: −24,0 dB–0,0 dB–24,0 dB

Destination

Stelt de bestemming in voor de Envelope Follower. Instellingen: Volume, Cutoff, Resonance, Pitch, Pan, Reverb Send, Variation Send, LFO Speed, LFO Depth 1, LFO Depth 2, LFO Depth 3

Curve Type
Polarity (Curve Polarity)
Ratio (Curve Ratio)
Param1 (Curve Parameter 1)
Param2 (Curve Parameter 2)

Hetzelfde als het scherm Control Assign.

Edit

Het scherm Envelope Follower Edit wordt weergegeven.

Hier tonen we een voorbeeld van hoe u het ritmepatroon 8Z Trance Basics 1 aan de performance Supertrance kunt toevoegen en vervolgens het geluid met de Envelope Follower kunt wijzigen.

1Selecteer de gewenste performance voor het toevoegen van de ritmepartij.

Selecteer in dit geval Supertrance.

2Druk op de [SHIFT]-knop + [SONG/PATTERN]-knop.

Het scherm Rhythm Pattern wordt weergegeven.
Wanneer alle partijen 1-8 worden gebruikt, wordt Part Full weergegeven en kunnen er geen ritmepatronen worden toegevoegd.

3Tik in de lijst met ritmepatronen op de ritmepatroonkit die u wilt gebruiken.

Tik hier op 8Z Trance Basics 1.

De ritmepartij is toegevoegd.

4Bespeel het toetsenbord en het ritmepatroon wordt afgespeeld.
5Druk op de [PERFORMANCE]-knop of de [EXIT]-knop om het ritmepatroon te bevestigen.

Het Rhythm Pattern-scherm wordt gesloten.

OPMERKING

U kunt de selectie ook bevestigen door op het (Home)-pictogram te tikken.

6Als u het ritmepatroon wilt stoppen, drukt u op de knop [ARP ON/OFF] of de knop [] (Stop).

De Envelope Follower is een functie die de envelop (of amplitude-envelop) van een golfvorm uit het ingangssignaal extraheert en u vervolgens die envelop als een regelaar voor het wijzigen van geluiden laat gebruiken. Als u bijvoorbeeld een ritmepatroon aan een partij toewijst en de Envelope Follower van de partij als een 'Source' instelt, worden de geluiden van andere partijen overeenkomstig gewijzigd. Dit is vooral handig voor automatische 'ducking' waarbij u het volume van andere instrumenten wilt verlagen terwijl een bepaald instrumentgeluid dat u wilt benadrukken, wordt afgespeeld.

1Tik op de Envelope Follower-knop op het scherm Rhythm Pattern.

Het scherm Envelope Follower wordt weergegeven.

2Zet de Envelope Follower-schakelaar uit.

Hier kunt u het toetsenbord bespelen om het geluid met de ingeschakelde Envelope Follower te beluisteren.

3Pas indien nodig de instellingen aan.

Stel in dit voorbeeld de Polarity in op Bi, de Ratio op −63 en de Gain op −12dB.

Voor meer gedetailleerde aanpassingen tikt u op de knop Edit op het scherm om het instellingenscherm voor Envelope Follower Edit te openen.

Als u de ritmepatroonkit of het arpeggiotype wilt wijzigen, drukt u op de knop [SHIFT] + [SONG/PATTERN] om terug te gaan naar het scherm Rhythm Pattern. De instellingen van de Envelope Follower blijven behouden, zelfs nadat de nieuwe kit of het arpeggiotype wordt gewijzigd.