Instellen van het MAC-adresfilter

Stelt het MAC-adresfilter in om te verhinderen dat andere netwerkapparaten toegang krijgen tot het toestel.

OPMERKING
  • De werking van de functie AirPlay of de DMC wordt niet beperkt door deze instelling.
  • U kunt maximaal 10 netwerkapparaten specificeren die toegang mogen krijgen tot het toestel.

Instelmenu (Setup)

Network” > “MAC Address Filter” > “Filter

Instellingen

Off

Schakelt het MAC-adresfilter uit.

On

Schakelt het MAC-adresfilter in. Geef de MAC-adressen op van de netwerkapparaten die toegang mogen hebben tot het apparaat.

Wanneer u “On” selecteert

  1. Gebruik de cursortoetsen om een MAC-adresnummer te selecteren.
  1. Gebruik de cursortoetsen om de cursor te verplaatsen en een waarde te selecteren.
  1. Om een ander MAC-adres op te geven, moet u op RETURN drukken en de stappen 1 t/m 2 herhalen.
  1. Druk op SETUP.
  • Hiermee zijn de instellingen voltooid.