Namen en functies van onderdelen op het voor-/bovenpaneel
De namen en functies van de onderdelen op het voorpaneel en het bovenpaneel zijn als volgt.
a | Indicators De indicators op het bovenpaneel knipperen of branden continu om de bedieningstoestand en de instellingen aan te geven. In deze handleiding wordt de status van de indicators, zoals uit, aan en knipperend, aangegeven met de illustraties hieronder. |
OPMERKING
- De helderheid van de indicators kan worden veranderd met DIMMER op de afstandsbediening. Zie voor details:
OPMERKING
- Het toestel kan vanzelf uit gaan wanneer de automatische standbyfunctie is ingeschakeld. Zie voor details:
f | Luidsprekers |
OPMERKING
- b, c, d en e zijn aanraaksensors. Raak pictogrammen aan met uw vinger om functies te bedienen.
- Plaats geen voorwerpen op het aanraakpaneel, want dit kan leiden tot onbedoelde bedieningen.
- Wanneer de bediening via het aanraakpaneel uitgeschakeld is, kunt u het toestel niet bedienen mate het aanraakpaneel. Op deze manier voorkomt u dat het toestel onbedoeld wordt bediend. Zie voor details: