Het DAC-filter instellen

Dit behandelt hoe u het type digitale filter kunt wijzigen dat door de DAC (Digital to Analog Converter) wordt gebruikt om de geluidskwaliteit aan te passen aan uw voorkeuren.

Menu Instelling

'DAC FILTER'

Instellingen

FAST LINEAR

Gebruikt een steil filter om ruis van buiten de gewenste frequentieband te verwijderen. De resulterende geluidskwaliteit is meestal helder.

SLOW LINEAR

Gebruikt een mild filter om ruis van buiten de gewenste frequentieband te verwijderen. De resulterende geluidskwaliteit is meestal gelijkmatiger met een zachtere attack.

FAST MINIMUM

Verwijdert ruis van buiten de gewenste frequentieband met een steil filter. Dit produceert een heldere toon en de resulterende geluidskwaliteit heeft meestal een krachtiger laag dan FAST LINEAR.

SLOW MINIMUM

Verwijdert ruis van buiten de gewenste frequentieband met een mild filter. De resulterende geluidskwaliteit heeft meestal een scherpere attack dan SLOW LINEAR, met een krachtig laag.

APODIZING FAST

Verwijdert ruis van buiten de gewenste frequentieband met een filter met minder pre-ringing dan FAST LINEAR. De resulterende geluidskwaliteit is meestal helder en transparant.

HYBRID FAST

Verwijdert ruis van buiten de gewenste frequentieband met behulp van een speciaal filter met zowel lineaire fase als minimumfase. De resulterende geluidskwaliteit heeft meestal een scherpere attack met een krachtig, helder geluid.

BRICKWALL

Verwijdert ruis van buiten de gewenste frequentieband door een filter met steilere eigenschappen te gebruiken dan alle andere. De resulterende geluidskwaliteit is meestal helder in het hoog.

SHORT LATENCY

Een origineel digitaal filter van Yamaha. Verwijdert ruis van buiten de gewenste frequentieband met een filter dat de hoeveelheid pre-ringing vermindert, waardoor op filter gebaseerde latentie wordt geminimaliseerd. De resulterende geluidskwaliteit van dit filter heeft meestal een scherpere attack met een ritmisch gevoel.

Standaardinstelling

SHORT LATENCY

OPMERKING
  • Deze instelling wordt afzonderlijk opgeslagen voor elke ingangsbron.
  • Deze instellingen zijn uitgeschakeld in een van de volgende situaties:
  • Als de ingangsbron ANALOG is en de uitgangsbestemming PRE OUT (LINE OUT).
  • Als de ingangsbron ANALOG is en PURE DIRECT is ingeschakeld.