Muziek beluisteren

U kunt dit product tijdens afspelen als volgt bedienen met de functietoetsen.

  • Pauzeren of opnieuw afspelen
  • Druk op de functietoets op oortelefoon (L) of (R).
  • Naar de volgende song springen
  • Houd de functietoets op oortelefoon (R) (ongeveer twee seconden) ingedrukt tot u een 'piep'-signaal hoort.
  • Laat de knop los zodra u het geluidssignaal hoort.
  • Teruggaan naar het begin van een song of naar de vorige song springen.
  • Houd de functietoets op oortelefoon (L) (ongeveer twee seconden) ingedrukt tot u een 'piep'-signaal hoort.
  • Laat de knop los zodra u het geluidssignaal hoort.
  • De AMBIENT SOUND/ in-/uitschakelen:
  • Druk drie keer achter elkaar op de functietoets op de oortelefoon (L).
  • Als de functie AMBIENT SOUND is ingeschakeld, hoort u de geluidsmelding 'Ambient Sound' in de oortelefoons. Als de functie AMBIENT SOUND is ingeschakeld, hoort u de geluidsmelding 'Off' in de oortelefoons.
OPMERKING
  • Bedien het Bluetooth-apparaat om een song voor afspelen te selecteren.
  • U kunt de AMBIENT SOUND ook omschakelen met de Headphones Controller-app.