Namen en functies van onderdelen op het voor-/bovenpaneel

De namen en functies van de onderdelen op het voorpaneel en het bovenpaneel zijn als volgt.

a

Indicators

De indicators op het bovenpaneel knipperen of branden om de bedieningstoestand en de instellingen aan te geven. In deze handleiding wordt de status van de indicators, zoals uit, brandt en knipperen, aangegeven zoals hieronder is afgebeeld.

Uit

Brandt

Knippert

b

) (Alexa)

Activeer hiermee Alexa handmatig om een stemopdracht te geven ().

c

) (Microfoons uitgeschakeld)

Aanraken om de microfoons uit te schakelen. Alexa reageert niet op stemopdrachten wanneer de microfoons uitgeschakeld zijn. Schakel de microfoons uit wanneer deze functie niet nodig is. Nogmaals aanraken om de microfoons weer in te schakelen ().

d

y (signaalbron)

Selecteer hiermee de gewenste signaalbron ().

e

} / { (volume +/-)

Hiermee kunt u het volume regelen ().

f

z (aan/uit)

Hiermee kunt u het toestel aan of uit zetten.

g

Luidsprekers

h

Dubbele ingebouwde subwoofers

De ingebouwde subwoofers bevinden zich in het bovenste gedeelte van het toestel.

i

Afstandsbedieningssensor

Voor het ontvangen van de infraroodsignalen (IR) van de afstandsbediening van het toestel ().

j

Microfoons

Gebruik deze voor uw communicatie met Alexa.

LET OP
  • Gebruik geen stofzuiger of een persluchtspray op de microfoons wanneer het toestel wordt gereinigd. Hierdoor kunnen de microfoons worden beschadigd.
OPMERKING
  • b, c, d, e and f zijn aanraaksensors. Raak pictogrammen aan met uw vinger om functies te bedienen.
  • Plaats geen voorwerpen op het aanraakpaneel, want dit kan leiden tot onbedoelde bedieningen.
  • Wanneer de bediening via het aanraakpaneel uitgeschakeld is, kunt u het toestel niet bedienen mate het aanraakpaneel. Op deze manier voorkomt u dat het toestel onbedoeld wordt bediend. Zie voor details:
  • De helderheid van de indicators kan worden veranderd met MUSIC op de afstandsbediening. Zie voor details: